In de tuin is dit misschien de populairste vogel: acrobatisch, kleurrijk, weinig bang, nieuwsgierig en intelligent. Als je 's winters voer in je tuin ophangt (de vogel is gek op pindanetjes, mezenkaarsen enz.), dan is dit zo niet de eerste dan toch wel een van de eerste vogels die verschijnt. Overigens, heb je de pimpelmees in je tuin, dan verschijnt geheid ook de koolmees en als je in een beetje bebost gebied woont, verschijnen ook de zwarte mees en de glanskopmees en niet zelden alle vier tegelijk. In de pikorde echter staat de koolmees bovenaan, meteen gevolgd door de pimpel. Het is ook niet moeilijk om de pimpel in je tuin te laten broeden. Elk kastje wordt gretig gebruikt, alleen moet je erop toezien dat de opening zo groot is als een gulden. Als de opening groter is, dan heb je een goede kans dat de pimpelmees eruit wordt gegooid door de koolmees. Overigens weet de koolmees ook kleinere gaten groter te maken net als de grote bonte specht, vandaar dat men vaak een plaatje metaal rond het gat aanbrengt, dat houdt beide wel tegen. Hoewel pimpelmezen niet bang zijn voor mensen, is het toch tamelijk ongewoon dat ze op de hand gaan zitten. Dit is dan ook een nogal jong en onervaren exemplaar. Het was een vijverslachtoffer, d.w.z. een jong en dommig vogeltje dat probeerde op een lisdoddestengeltje bij mijn vijver te gaan zitten en jammerlijk faalde en uiteindelijk kopje onder ging. Dergelijke vogels worden dan door mij gered en nadat ze droog zijn weer vrijgelaten. Tijdens het drogen gedragen ze zich volledig mak....
Omdat we in een nogal bosachtig terrein wonen zijn het niet alleen de vogels die op de pinda's afkomen. Ook de eekhoorn lust er wel pap van. Normaal is het zo, dat een eekhoorn alle vogels op de vlucht doet slaan. En terecht, want als hij er een te pakken krijgt, zal hij die wel opeten, want eekhoorns lusten wel een biefstukje... In het voorjaar zijn het bijna net zulke grote eierenrovers als de Vlaamse gaaien, eksters en kraaien. Het pimpeltje op de foto is dus een echt dapper diertje.
Ook de pimpelmees behoort tot de familie der mezen (Pariidae). De vogel wordt niet groter dan zo'n 10 centimeter en weegt dan 11 gram. Je vindt hem vooral in bossen, parken en tuinen. Het mannetje en het vrouwtje zien er hetzelfde uit. In april of mei wordt er een nestje gemaakt, meestal in een boomholte. Maar de pimpelmees accepteert zonder problemen nestkastjes. Het legsel is bijzonder groot en bestaat uit 7 tot wel 14 eieren. De broedtijd is voor zo'n klein vogeltje behoorlijk lang, namelijk zo'n 14 dagen. De jongen blijven tot wel 17 dagen op het nest alvorens uit te vliegen. De vogel wordt ook nog wel aangeduid met de oude wetenschappelijke naam Parus caeruleus.