banier
lijntje lijntje
back
Groene Snuitkever Phyllobius argentatus

Er zijn diverse geslachten met groene snuitkevers. Twee ervan zijn berucht, omdat we in beide geslachten heel veel sterk op elkaar lijkende soorten vinden: Polydrusus en Phyllobius. Het eerste wat je moet doen is bepalen tot welk geslacht jouw groene kevertje behoort. Gelukkig is het wel te zien, als je maar goed kijkt. Een belangrijk verschil zit in de voorpootjes. De voorpootjes van de Polydrusus-soorten zijn glad, die van de Phyllobius-soorten hebben een kleine doorn die schuin naar achteren wijst. Vooral als je van de zijkant kijkt, kun je dat doorntje vaak goed zien. Een ander verschil zit in de gaten waaruit de antennes groeien. Bij de Phyllobius-soorten zitten die gaten op de bovenzijde van de snuit. Van bovenaf gezien kijk je er recht in! Bij de Polydrusus-soorten zitten de gaten aan de zijkant van de snuit, zodat je er schuin of niet inkijkt, als je het diertje van bovenaf beschouwt.

Als je eenmal het geslacht hebt vastgesteld ben je er nog niet. De juiste soort bepalen is nog veel moeilijker. Er zijn sterk gelijkende soorten en veel soorten zijn in ieder geval wat betreft de kleur nogal variabel. Met geluk staat net het kleine, doorslaggevende detail op jouw foto, maar met wat pech net niet. En in sommige gevallen kun je de soort alleen bepalen door het genitaal onder de microscoop te bekijken. Het diertje op deze pagina is zeker de groene snuitkever. Althans het diertje op de bovenste foto, dat is gedetermineerd door een deskundige. Het diertje op de twee foto's daaronder is waarschijnlijk ook deze soort, maar dat staat niet helemaal vast.

De groene snuitkever is een 4 tot 6 mm lang zwart kevertje, geheel bedekt met kleurige schubben. Vaak zijn die schubben groen, maar vaak ook niet. Goudkleurige of koperkleurige exemplaren komen ook vaak voor en sommige dieren zien er een beetje paars uit. Het is dus qua kleur een nogal variabel beestje. De volwassen kevers vind je op de blaadjes van allerlei bomen en struiken, waar ze van het blad eten. De larven, die sterk aan maden doen denken, leven in de stengels van allerlei bomen en struiken. In het najaar vallen ze op de grond, graven zich in en verpoppen. De pop overwintert en in het late voorjaar of de vroege zomer verschijnen dan de eerste kevertjes. Eén van de gewoonste groene snuittorren die voorkomt in Europa, Noord-Afrika, Noord-Azië en Japan. Is ook terecht gekomen in Noord-Amerika, waar hij als een schadelijke invasieve soort wordt beschouwd.