banier
lijntje lijntje
back
Roodkopvuurkever Pyrochroa serraticornis

De roodkopvuurkever lijkt sprekend op de zwartkopvuurkever op de kleur van de kop na, natuurlijk. Er is nog een verschil: de roodkopvuurkever is met een lengte van 10 tot 14 mm flink kleiner dan de zwartkopvuurkever. Bij beide soorten echter zijn de gezaagde antennes, zo typerend voor de gehele vuurkeverfamilie, gelijk. Soms wordt de roodkopvuurkever verward met het leliehaantje. De verschillen zijn echter snel te zien: het leliehaantje glanst en heeft een geheel andere, meer gedrongen vorm. En uiteraard zijn ook de voelsprieten heel anders.

De larven van beide vuurkevers leven in rottend hout of onder de bast van dode bomen, waar ze jagen op de larven van andere insecten. Ze toen er twee tot drie jaar over om te volgroeien. En dan zijn ze behoorlijk groot met een lengte van tot wel 30 mm! De zwartkopvuurkever woont uitsluitend in echte grote, liefst wat oudere bossen. De roodkopvuurkever houdt meer van de bosranden en komt ook voor in parken en tuinen. Ook een geïsoleerde rottende boomstomp is al voldoende. Hij komt dan ook veel meer voor dan de zwartkoppige neef en is gewoon in parken en tuinen. Komt soms tevoorschijn uit brandhout.