banier
lijntje lijntje
back
Turkse tortel Streptopelia decaocto

Een kleine, grijze en zelfs onopvallende duif, die zijn territorium deze eeuw van de Balkan langzaam heeft uitgebreid tot nagenoeg geheel Europa. Ook kwam hij op de Bahama's terecht en van daar uit is bijna geheel Noord-Amerika veroverd. Het dier heeft ongetwijfeld een 'niche' (open plek) gevonden in de voedselketen, maar welke is niet precies bekend. In grote steden mengt hij zich regelmatig onder de zogenaamde stadsduiven, zodat niet uitgesloten is dat hij zijn horizon nog steeds steeds aan het verbreden is. De duif zingt zoals alle duiven: eentonig en uitermate vervelend. Leken verwarren de roep van de Turkse tortel nog wel eens met de roep van de koekoek. De vogel komt 's winters af op mijn voer, maar blijft bijna altijd op de grond in tegenstelling tot de houtduif die veel vaker op het voerplankje gaat zitten.

De Turkse tortel is een kleine duif, waarvan mannetje en vrouwtje er hetzelfde uitzien. Met een lengte van 28 centimeter wordt een gewicht gehaald van 200 gram. De vogel broedt twee tot drie keer per jaar. Het nest wordt in bomen gebouwd en zoals de meeste duiven worden per broedsel maar twee eieren gelegd. Die worden twee weken bebroed. Na het uitkomen blijven de jongen twee tot drie weken op het nest. De vogel is een echte cultuurvolger en je vindt hem dan ook in dorpen, steden en parken. Onderzoek heeft zelfs aangetoond dat het nest nooit verder dan 1 kilometer van menselijke bewoning wordt gebouwd. Je vindt de duif in heel Europa, al is hij schaarser naar het oosten en noorden gaande. Hij mijdt Spanje. De vogel is absoluut niet schuw.

Vogelgeluid Vogelgeluid