banier
lijntje lijntje
back
Tinodes waeneri

Tinodes waeneri is een bruine schietmot die 4 tot 5 mm lang wordt en een spanwijdte heeft van 13 tot 18 mm. De vleugeladeren hebben een typerend patroon en ook de puntige vleugels zijn kenmerkend. Deze soort is heel erg lang te zien, omdat er twee elkaar deels overlappende generaties zijn. De eerste dieren verschijnen soms al eind april, de laatste worden vaak nog begin november waargenomen.

De larve van Tinodes waeneri is groen, wordt tot 9 mm lang en leeft in een zelfgesponnen kokertje, zoals alle kokerjuffers. Het kokertje wordt vastgemaakt aan een steen of ondergedoken stuk hout. De larve voedt zich door algen van de steen of het hout af te schrapen en op te eten. De larve is bij deskundigen zeer bekend, omdat hij 'tuiniert.'De algen worden niet alleen opgegeten, maar ook uitgezaaid over de steen. De uitwerpselen van de larve worden als meststoffen gebruikt. Op gladde stenen wordt zelfs eerst een ondergrond gesponnen van draden, zodat de algen een beter houvast hebben. Geleerden hebben ontdekt dat zeker 25% van alle algen die de larve eet uit eigen tuin komen.

Tinodes waeneri is een gewone soort over bijna het gehele noordelijke halfrond. In geheel Nederland en België een zeer veel voorkomende soort, vooral in iets groter en langzaam stromend water. De volwassen schietmotten vinden we meestal niet ver van het water verwijderd.